Johan Veenstra (Nijeholtpade, 1946) is dichter, schrijver en liedjesmaker. Hij wordt als een der belangrijkste hedendaagse schrijvers in het Stellingwerfs beschouwd. Veenstra debuteerde als streektaalschrijver in 1971 in De Leeuwarder Courant. Onder de naam Stiekelstokkies las hij - voor Omrop Fryslân - jarenlang radiovertellingen voor. Verder publiceert hij regelmatig in het tijdschrift De Ovend. Voor zijn tweede roman Naachs goelen de honnen ontving Veenstra in 1984 de H.J. Bergveld-pries. Zijn laatste - autobiografische - roman is ook in het Fries vertaald.
Johan Veenstra zingt ook sommige van zijn teksten. Samen met Jan Brens schreef hij de Stellingwarf Cantate.
In 2001 werd Veenstra benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hij ontving de Dagblad van het Noorden Streektaalprijs in de categorie Proza & Poëzie over 2009 voor zijn boek Et geheim van de wiend. In 2015 won hij de prijs opnieuw nu voor zijn roman Een vrouw van ivoor. Veenstra won in 2020 de Rink van de Velde Prijs voor zijn roman Vreuger is voorgoed veurbi'j.
In 2021 werd Johan Veenstra benoemd tot ereburger van Weststellingwerf.